Op 10 juli 2015 is een nieuwe Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder gepubliceerd die per 1 januari 2016 moet ingaan. Aanleiding voor de nieuwe regeling is de inwerkingtreding van de Wet Flex-BV met ingang van 1 oktober 2012. Daarnaast is in de nieuwe regeling rekening gehouden met ontwikkelingen in de jurisprudentie.
In de oude regeling was UWV bevoegd, in afwijking van de hoofdregel, een bestuurder niet als directeur-grootaandeelhouder aan te merken, indien deze door feiten en omstandigheden aantoonde daadwerkelijk ondergeschikt te zijn aan de algemene vergadering van de vennootschap. De oude regeling was niet volledig toegesneden op de Flex BV. Kern van de Wet Flex BV is de vrijheid tot inrichting van de besloten vennootschap, waaronder meer vrijheid in vormgeving en de bevoegdheid tot benoeming en ontslag van bestuurders. Op grond van de Wet Flex BV kan de vennootschap de positie van een bestuurder zo regelen dat deze wel of niet als dga wordt aangemerkt. Een beslissing over het al dan niet verzekerd zijn in afwijking van de regeling is daarmee overbodig geworden. Indien de bestuurder of de vennootschap een beslissing wil over het al dan niet bestaan van een verzekerde dienstbetrekking, kan het UWV of de inspecteur op verzoek van de bestuurder of de vennootschap bepalen of sprake is van een dienstbetrekking, die tot verzekering voor de werknemersverzekeringen leidt. De bevoegdheid tot vaststelling van de verzekeringsplicht berust bij de inspecteur indien het gaat om een verzoek van de werkgever (in dit geval de vennootschap), en bij het UWV, indien het gaat om vaststelling op verzoek van de werknemer (in dit geval de bestuurder).
Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder 2016 (Stcrt 2015, 19073)